FAQ

Bumpen of bumptesten is het gas aanbieden aan een gasdetector om te controleren of de sensor(en) en alarmfuncties nog naar behoren werken. De duur van een bumptest is vaak afhankelijk van de soort sensor en het toestel. Er zijn drie manieren om een gasdetector te bumptesten:

  1. Automatisch – Hierbij wordt gebruik gemaakt van een bumptest en kalibratiestation die de apparatuur en de sensoren herkent om vervolgens automatisch te bumpen.

  2. Bumptesten via het menu – Hierbij wordt in het menu van de gasdetector een bumptest gestart. De gasdetector gaat vervolgens stapsgewijs aangeven wat je moet doen en laat uiteindelijk zien of de bumptest geslaagd of mislukt is. Wanneer alle sensoren de bumptest doorstaan, wordt het bumpinterval in de gasdetector gereset.

  3. Snelle check – Niet in alle gasdetectors zit de optie om een gasdetector via het menu te bumptesten. Natuurlijk is het wel mogelijk en nuttig om voor jezelf na te gaan of de sensoren nog werken. Hoe dat in zijn werk gaat is in onderstaande video te zien:

In het kort: Nee.

Echter, het is wel een hele logisch aanname aangezien methaan ook gewoon een koolwaterstof is. Methaan heeft een ionisatiepotentiaal van 
12.61 eV. De sterkste lamp in een PID heeft een ionisatie energie van 11,7 en kan dus geen methaan moleculen ioniseren. Echter, in de volksmond wordt een multigas meter die een PID sensor bevat soms ook wel een PID-meter genoemd. Een voorbeeld hiervan is de MultiRAE, die mogelijk naast de PID sensor ook nog een LEL sensor bevat die juist heel goed methaan kan detecteren. Hou dit goed uit elkaar want een LEL sensor en een PID sensor zijn compleet verschillend.

Wél is het interessant om te weten dat een stofje genaamd THT (Tetrahydrothiofeen) wordt toegevoegd aan het methaan dat door onze gasleidingen stroomt. Methaan is van zichzelf geurloos en THT is het stofje dat wij kennen als de geur van gas. THT heeft een ionisatiepotentiaal van 8,38 eV en kan dus door alle soorten lampen gedetecteerd worden. Een nauwkeurige PID sensor kan dit al in het bereik van 0,01 – 0,1 ppm opsporen, wat dus ver onder de concentraties ligt waarop een LEL sensor methaan kan detecteren. Klik hier om meer te leren over de werking van een LEL sensor

De 11,7 lamp heeft een typische levensduur van 2-6 maanden ten opzichte van 2-3 jaar bij een 10,6 eV lamp. Dat is een aanzienlijk verschil, dat een aantal oorzaken heeft en onontkoombaar is.

  1. Het Lithiumfluoride absorbeert een fractie van de UV-straling van de lamp
  2. Het kristalglas is lastiger te verbinden aan het ampul van de lamp door een verschil in uitzettingscoëfficiëntcoefficient
  3. Het kristalglas is gevoeliger voor overbelichting als het niet helemaal puur is.
  4.  Het kristalglas is vatbaarder voor aantasting door de hogere oplosbaarheidsgraad.

Een Photo Ionisatie Detector maakt gebruik van een gasontladingslamp. Lees meer over dit principe op deze pagina onder het kopje ‘nog iets verder de diepte in’. Wanneer het meetinstrument – of eigenlijk de lamp – ouder wordt kan er geleidelijk gas uit lekken, waardoor de kracht van de lamp afneemt. Een andere mogelijke oorzaak is overbelichting van het kristalglas dat op de gasontladingslamp zit. Dit speelt voornamelijk een rol bij de 11,7 eV lampen, die erg veel UV-licht produceren en daardoor het kristalglas van hun eigen lamp aantasten. Een laatste oorzaak zou vuil of vocht op het kristalglas kunnen zijn, waardoor de PID lamp simpelweg minder oppervlakte heeft om VOC’s te ioniseren en daarom minder presteert. Zorg daarom dat een PID meetinstrument tijdig wordt onderhouden en gekalibreerd om dit te voorkomen. Sommige van bovenstaande zaken hebben te maken met ouderdom en iets weinig tegen te doen. Hieronder staat de typische levensduur van de verschillende gasontladingslampen weergegeven.

Ionisatie energieLamp diameterTypische resolutieGarantietermijnTypische levensduur
9,8 eV½ inch0,1 ppm6 maanden1 jaar
9,8eV¼  inch0,1 / 1 ppm6 maanden1 jaar
10,6eV½ inch0,1 ppm1 jaar2-3 jaar
10,6eV¼ inch0,1 / 1ppm1 jaar1 jaar
11,7eV½ inch0,1 ppm1 maand1-6 maanden

Nee 11,7eV is de sterkste PID lamp die vooralsnog op de markt verkrijgbaar is en naar verwachting blijft dat ook zo. Dat heeft te maken met twee knelpunten:

  1. Door de hoge ionisatie-energie in de lamp wordt het kristal aan de binnenkant aangetast en maakt de sensor zichzelf als het ware kapot. Dit verklaart de korte levensduur (ongeveer 3-6 maanden) en het korte garantietermijn (1 maand). Een sterkere lamp zal dus alleen maar met meer problemen te kampen krijgen.
  2. Het tweede en meest belangrijke knelpunt is het ionisatiepotentiaal van zuurstof (12,1 eV). Wanneer een lamp met bijvoorbeeld een ionisatie energie van 13 eV wordt geproduceerd, zal de PID sensor altijd hoge waardes gaan aangeven en moet er tussen +/- 209.000 ppm zuurstof ook nog eens een lage grenswaarde van een VOC worden opgespoord. Daar is geen beginnen aan.

De T90 tijd is een waarde om de responstijd van een instrument aan te geven. Hierbij wordt uitgegaan van de tijd die het meetinstrument nodig heeft om 90% van het aanwezige gas op het scherm aan te geven. Bij vrijwel alle PID meters is de T90 tijd bekend.

Voorbeeld
Een MiniRAE3000 heeft een T90 tijd van <3seconden. Dat betekent dat een MiniRAE3000 die 100ppm Isobutyleen aanzuigt, binnen 3 seconden 90ppm zal moeten aangeven.

In het kort: Het advies vanuit de meeste fabrikanten is elke 6 maanden 

Het is niet gek om je af te vragen hoe vaak je een PID meter nou moet kalibreren. Bij BaSystemen is het advies om halfjaarlijks te kalibreren en tussentijds te bumptesten. Citaat vanuit de MultiRAE handleiding (pag. 2) : ”Elke keer dat de monitor niet door een bumptest komt, moet deze worden gekalibreerd. De monitor moet in elk geval elke zes maanden worden gekalibreerd, afhankelijk van het gebruik en de blootstelling aan gas en verontreinigingen, en van de bedrijfsmodus.” 

De reden hiervoor is dat alle sensoren door verschillende redenen verloop vertonen en dus gaan afwijken van hun initiële ijklijn, die tijdens de kalibratie is vastgesteld. In deze Technical Note van RAE Systems by Honeywell wordt dieper ingegaan op het verloop van PID sensoren (wat voornamelijk wordt veroorzaakt door vuil op de lamp). 

Niet alle gebruikers van Photo Ionisatie Detectors beschikken over een gasfles om hun sensoren te bumptesten. Dan is mijn advies om sowieso eens per half jaar het apparaat te laten kalibreren. Kalibreren geeft geen garantie dat het meetinstrument weer 6 maanden juiste waarden aangeeft, maar het geeft wel meer zekerheid. Tijdens een kalibratie wordt de PID lamp volledig gedecontamineerd en de sensor gecheckt op functionaliteit. Daarnaast wordt de ijklijn bijgesteld. 

Voor PID gebruikers die wél zelf een gasfles hebben om te bumptesten, sta ik wel achter de keuze om bijvoorbeeld eens te proberen om 1x per jaar te kalibreren. De gebruiker kan nu namelijk doormiddel van het bumptesten zelf in de gaten houden hoe de sensor presteert en concluderen of deze na 6 maanden per se gekalibreerd moet worden of niet. Dit geeft zoveel meer inzicht en borgt dat er veiliger wordt gewerkt.